GEZONDHEIDSPRAKTIJK  

Nanopartikels

Nanopartikels zijn zeer kleine deeltjes plastiek met afmetingen van minder dan 100 nanometer, die een groeiende zorg voor het milieu en de menselijke gezondheid betekenen. Hoewel ze onzichtbaar zijn voor het blote oog, hebben nano-plastics het potentieel om schadelijke effecten te hebben op alle ecosystemen en alle levende organismen waaronder de mens.

Een nanometer (nm) is 10⁻⁹ meter, wat een duizendste van een micrometer is, of een miljardste van een meter. Nano-plastics kunnen gemakkelijk worden verspreid in waterlichamen, bodems en de atmosfeer. Eenmaal vrijgegeven, kunnen ze langdurig aanwezig blijven in het milieu en een breed scala aan ecosystemen aantasten. 

 Nano-plastics kunnen gevaarlijke chemicaliën absorberen en aan hun oppervlakte binden, zoals zware metalen en persistente organische verontreinigende stoffen (POP's). Deze verontreinigende stoffen kunnen afkomstig zijn van verschillende bronnen, waaronder industriële lozingen, landbouwchemicaliën en verontreinigd afvalwater. Wanneer nano-plastics deze verontreinigende stoffen absorberen, fungeren ze als dragers en verspreiders van giftige stoffen in het milieu. Ze kunnen pathogene microben herbergen en andere verontreinigende stoffen opnemen, zoals zware metalen, koper, vanadium, kwik, lood... . Als we dat microplastic doorslikken, slikken we ook een kleine dosis van een andere schadelijke chemische stof in. Deze stoffen kunnen dan hormoonversterkende of kankerverwekkende eigenschappen hebben. 

 Het vermijden van blootstelling aan nano-deeltjes is niet eenvoudig, gezien ze vrijwel overal aanwezig zijn in onze omgeving. Hier zijn enkele tips om de blootstelling aan nano-deeltjes te minimaliseren en de mogelijke gezondheidsrisico's te verminderen:

 1. Kies voor natuurlijke en biologische producten:

 Probeer producten te gebruiken die geen nano-deeltjes bevatten, vooral in cosmetica, tandpasta, zonnebrandcrème en huishoudelijke schoonmaakmiddelen. Kijk naar labels en vermijd producten die ingrediënten bevatten zoals "nano", "ultrafijn" of "nanoscale".  

Voedsel kan ook besmet raken met secundaire microplasticdeeltjes tijdens de productie en via de verpakking. Vandaar zoveel mogelijk vers, onverpakte bio voeding consumeren. 

 Lees de etiketten aandachtig en zoek naar woorden die duiden op het gebruik van nano-deeltjes.Vermijd producten met ingrediënten zoals:

  • Polyethyleen, afgekort PE
  • Polypropyleen, afgekort PP
  • Polyethyleentereftalaat, een vorm van polyester, afgekort PET of PETE
  • Polymethylmethacrylaat, afgekort PMMA
  • Nylon

 2. Gebruik beschermende uitrusting:

 Als je in een omgeving werkt waar veel nano-deeltjes aanwezig kunnen zijn, zoals in laboratoria of industriële locaties, zorg dan voor het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen zoals maskers, handschoenen en veiligheidsbrillen.

 3. Vermijd roken en passief roken:

 Roken kan leiden tot de vorming van nano-deeltjes in de lucht, vooral in binnenomgevingen. Vermijd roken en blootstelling aan passief roken om de inademing van deze deeltjes te voorkomen.

 4. Luchtkwaliteit binnenshuis verbeteren: 

 Opvallend is dat 39% van de stofdeeltjes in huis, bestaat uit microplastics. U kunt dat aantal verminderen door uw huis zo fris en schoon mogelijk te houden door minimaal één keer per week te stofzuigen en af te stoffen. Kies voor harde vloeren in plaats van tapijt, omdat tapijt grotere hoeveelheden microplastics in de lucht vrijgeeft. Zorg voor een goede ventilatie in huis om de concentraties van nano-deeltjes en andere verontreinigingen in de binnenlucht te verminderen.Gebruik luchtfilters en gebruik geen chemische luchtverfrissers en andere producten die chemische verontreinigingen kunnen veroorzaken.

 5. Drink schoon water:

 Drink bronwater uit glazen flessen ipv plastieken verpakkingen.

 6. Eet en leef gezond en evenwichtig:

 Door te kiezen voor een gevarieerd dieet met veel Bio fruit, Bio groenten en eiwitten, kan je je immuunsysteem versterken en je lichaam helpen om potentiële schadelijke stoffen, waaronder nano-deeltjes, effectiever te bestrijden. Blijf in beweging en hou uw stressniveau onder controle.

 7. Vis en zeevruchten:

 De meeste microplastics vinden via vis en zeevruchten hun weg naar onze voedselketens. De deeltjes die waterdieren consumeren, komen in hun ingewanden terecht, maar worden weer uitgescheiden. Daarom stapelen microplastics, in tegenstelling tot andere stoffen zoals kwik en zware metalen, zich niet op in de loop van de tijd. Omdat visdarmen niet vaak worden geconsumeerd, worden plasticdeeltjes die door vissen worden ingenomen, niet als een direct risico voor de menselijke gezondheid beschouwd.  Zeedieren die zich met een filter voeden, zoals mosselen, oesters en krabben, waarvan we het spijsverteringskanaal wel consumeren, kunnen wel aanzienlijke hoeveelheden microplastic ophopen en doorgeven aan de mens. Het is aangeraden deze vissoorten met mate te consumeren:

  • Weekdieren
  • Garnaal
  • Kreeft
  • Krab
  • Sint-jakobsschelpen
  • Kokkels
  • Oesters
  • Mosselen

 8. Warm je eten niet op in plastic in de magnetron: 

 Plastic en magnetrons gaan niet samen. Dit is ook geldig als het plastic bakje het etiket ‘magnetronbestendig’ draagt. Magnetronbestendig betekent dat het bakje niet smelt in de magnetron, het betekent niet dat er geen chemicaliën in uw voedsel terechtkomen. Naast de accumulatie van plastiekdeeltjes heeft opwarmen door het vrijkomen van ftalaat ook een hormoonverstorende werking en kan leiden tot oestrogenisme. 

 Conclusie:

 Net als vissen accumuleert ons lichaam geen microplastics. Meer dan 90% van de ingenomen microplasticdeeltjes kunnen via onze ontlasting worden geëlimineerd. Maar ondanks dat ze slechts korte tijd in contact komen met ons lichaam, kunnen microplastics nadelige gezondheidseffecten veroorzaken door de sterke binding met zware metalen. Het binnenkrijgen van microplastic deeltjes kan leiden tot negatieve gezondheidseffecten, zoals ontstekingsreacties, toxiciteit als gevolg van de chemicaliën die daarin aanwezig zijn en de verstoring van het darmmicrobioom. 

 Studie

Studie

Studie

Kan stress de menstruatiecyclus verpesten?

Over stress wordt vaak negatief gesproken, maar het is niet per definitie slecht voor ons. Positieve, acrute stress is de natuurlijke ervaring van het geconfronteerd worden met mentale of fysieke uitdagingen. Als reactie op stress initieert ons lichaam een ​​aantal processen, allemaal bedoeld om ons vermogen te vergroten om de tegenslagen waarmee we worden geconfronteerd te overwinnen.

 Hormoonschommelingen maken deel uit van de stressreactie van het lichaam, maar als onze hormonen lang genoeg uit balans zijn bij negatieve, chronishe stress, heeft dit ook een invloed op de menstruatiecyclus.

Heeft stress invloed op de menstruatiecyclus?

Stress kan de menstruatiecyclus op veel manieren beïnvloeden. Het verandert niet alleen jouw hormoonspiegels, maar het kan ook de energie die je beschikbaar hebt voor de menstruatie verminderen.

De reden dat stress je menstruatie kan verstoren, is voornamelijk te wijten aan de manier waarop stress je hypothalamus-hypofyse-gonade (HPG)-as (= je reproductieve as) en je hypothalamus-hypofyse-bijnier (HPA)-as (= je stress-as) beïnvloedt.

De HPA-as is verantwoordelijk voor het aanpassen van de balans van hormonen als reactie op stress. Tijdens een stressreactie geeft een deel van jouw hersenen, namelijk de hypothalamus, corticotropine-releasing hormoon (CRH) af.

De productie van CRH veroorzaakt vervolgens jouw HPA-as-stressreactie, wat leidt tot de productie van het stresshormoon cortisol.

Omdat stress de activiteit van de HPA-as verandert, verandert het onbedoeld de activiteit van de HPG-as, aangezien de twee systemen de hypothalamus en de hypofyse delen. Dit is de reden waarom wanneer CRH en cortisol vrijkomen, dit vervolgens de afgifte van andere hormonen kan beïnvloeden die essentieel zijn voor de stimulatie van de eierstokken, wat dus jouw menstruatie kan verstoren. De stress-as zal altijd winnen ten koste van de voortplantingsas. 

Omdat stress echter kan fluctueren, stress kan immers acuut of chronisch zijn, kunnen veranderende hormoonspiegels resulteren in een verscheidenheid aan menstruatieveranderingen.De beschikbaarheid van energie kan ook een rol spelen in de manier waarop stress je menstruatie kan verstoren.

Cortisol speelt een belangrijke rol in je stressreactie als het gaat om energieverbruik. Als je gestrest bent of voor een uitdaging staat, wil je brein voldoende energie hebben. Verhoogde cortisolspiegels als gevolg van uw stressreactie verhogen de beschikbaarheid van bloedglucose voor de hersenen, ons brein wordt een egoïstisch brein. Jouw lichaam zal op dat moment prioriteit aan energie geven aan de andere vitale functies boven andere processen, zoals menstruatie.

Veelvoorkomende manieren waarop stress uw menstruatie kan beïnvloeden

De natuurlijke hormoonspiegels variëren afhankelijk van waar de vrouw zich in de menstruatiecyclus bevindt. Hoe stress de menstruatie beïnvloedt, kan afhangen van wanneer de stressreactie in de cyclus wordt geactiveerd en hoe lang de stress ervaren wordt

Veel voorkomende manieren waarop stress de menstruatie kan beïnvloeden zijn:

  • bloed verliezen terwijl je niet menstrueert
  • ongewone stroom
  • langere perioden tussen periodes
  • onvoorspelbare menstruatiecycli
  • ontbrekende periode

Kan stress je menstruatie langer maken?

Stress kan de menstruatie zelfs langer laten duren. Cortisol is slechts een van de hormonen die betrokken zijn bij de stressreactie van het lichaam. Progesteron is ook cruciaal omdat het noodzakelijk is voor de productie van cortisol.

Progesteron is ook een essentieel onderdeel van de luteale fase van de menstruatiecyclus. Het zorgt ervoor dat het baarmoederslijmvlies dikker wordt. Als er geen embryonale implantatie plaatsvindt, leidt een daling van het progesteronniveau tot het afstoten van het baarmoederslijmvlies.

Als je onder stress staat, kunnen de progesteronniveaus in je lichaam fluctueren, waardoor de luteale fase van je menstruatiecyclus kan variëren.

Hoe weet je of stress je menstruatie beïnvloedt?

De enige manier om zeker te weten of stress de oorzaak is van een onregelmatige menstruatie, is door met jouw gynaecoloog te praten.

Veel andere mogelijke redenen kunnen een oorzaak zijn voor veranderingen in jouw cyclus of menstruatie. 

Als je met jouw gynaecoloog spreekt, kunt u andere mogelijke oorzaken uitsluiten, waaronder gewichtsveranderingen, eetstoornissen, endometriose, polycysteus ovariumsyndroom (PCOS), ... . 

Er is dus nooit een verkeerd moment om met jouw gynaecoloog te praten over een verandering in uw menstruatiecyclus. 

Zo kan de dokter bepaalde aandoeningen zo vroeg mogelijk opmerken, wat de behandelresultaten kan verbeteren.

Manieren om een ​​regelmatige menstruatiecyclus te behouden

Hoewel je jouw stressreactie of jouw hormonen niet altijd onder controle kunt houden, bekom je een regelmatige menstruatie door:

  • het behouden van een gezond gewicht
  • het eten van een uitgebalanceerd dieet
  • veel water drinken
  • het beoefenen van ontspanningstechnieken
  • voldoende kwalitatieve slaap
  • wees je bewust van je cyclus om patronen herkennen
  • ...

Tips om met stress om te gaan

Omdat stress jouw menstruatie kan beïnvloeden, kan het leren omgaan met stress een positief effect hebben op de menstruatiegezondheid.

Strategieën voor stressmanagement omvatten:

  • mind-body-technieken, zoals yoga, voetreflexologie, ...
  • tijd doorbrengen in de natuur
  • regelmatige lichaamsbeweging
  • meditatie
  • ademhalingsoefeningen
  • bezig zijn met hobby's
  • voldoende slaap krijgen
  • het eten van uitgebalanceerde mensenvoeding
  • tijd doorbrengen met dierbaren
  • het vermijden van constante blootstelling aan negatieve verhalen op het nieuws of sociale media
  • ...

Studie

Studie

Over goede en slechte cholesterol ...

Over goede en slechte cholesterol, LDL, HDL, Triglyceriden, ... zijn er veel meningen. Ik doe een poging een duidelijk verhaal te schetsen.

Aanmaak van vetzuren

Vetzuren spelen een essentiële rol in het lichaam, waar ze dienen als bouwstenen voor celmembranen, energiebronnen en als voorlopers van geslachtshormonen.

Vetzuren worden geproduceerd in onze lever. Onze lever kan verzadigde vetzuren en onverzadigde vetzuren aanmaken.

We hebben drie grote categoriën vetzuren:

  1. Onverzadigde vetzuren zijn groot, onregelmatig, krom van vorm en zacht. We maken ze bijvoorbeeld van omega 3 vetzuren, vette vis, visolie, avocado, pitten, noten en zaden, ... .
  2. Verzadigde vetzuren zijn klein, recht, hard en zwaar van vorm. We maken dergelijke vetzuren aan door het eten van fructose en suikers.
  3. Er bestaat ook nog zoiets als transvetzuren. Ons lichaam kan dat niet aanmaken. Transvetzuren bestaan niet in de natuur, we krijgen die binnen via onze voeding. Transvetzuren ontstaan na industriële verwerking van plantaardige oliën die verhard worden om gebruikt te worden in Bijvb margarine, gebakjes, industriële bereidingen, ... . Transvetten kunnen alleen ontstaan door verharding, verhitting, door te frituren, ... . Ons lichaam kan daar niets mee aanvangen omdat we geen enzymen hebben om die af te breken. (Er zijn een aantal landen die transvetzuren hebben verboden, zoals Denemarken en daar is kanker sterk teruggedrongen.)

Transport van vetzuren

 Vetzuren dienen via ons bloed getransporteerd te worden naar de rest van ons lichaam of terug naar de lever. Daarvoor worden vetzuren opgeslagen in een triglyceride.

Vetzuren zijn zoals het woord het zegt een vetachtige stof. Ons bloed is een waterachtige stof. Vet en water dat gaat niet goed samen, vet blijft drijven op water. Vandaar dat er een transportbootje nodig is om vetzuren in ons bloed te vervoeren.

We hebben twee soorten transportbootjes:

1. Een transportbootje dat vetzuren vervoert van de lever naar het weefsel en de organen. Dat transportbootje benoemen we als LDL. LDL heeft dus de slechte naam gekregen van "slechte cholesterol" omdat het vetzuren naar de organen en weefsels brengt, dus van de lever weg.

2. We hebben ook een transportbootje HDL dat triglyceriden vervoert van het weefsel en organen terug naar de lever en die heeft de naam gekregen van "goede cholesterol" omdat het vetzuren van het lichaam terug naar de lever brengt.

De grootte van zo'n triglyceride speelt een rol

Triglyceriden kunnen groot of klein zijn

  1. Grootte triglyceriden bevatten onverzadigde vetzuren omdat onverzadigde vetzuren onregelmatig en krom van vorm zijn en zodoende meer plaats innemen.
  2. Kleine compacte triglyceriden bevatten verzadigde vetzuren omdat verzadigde vetzuren klein, heel dens, heel compact zijn en dus minder plaats innemen

De bedoeling is dus een groter aandeel van grootte triglyceriden te hebben, dus zoveel mogelijk onverzadigde vetzuren.

 Hoe weten we nu of we grootte of kleine triglyceriden in ons bloed hebben?

 Op de uitslag van een bloedcontrole zien we de waarde HDL en triglyceriden staan. We kunnen de grootte van zo een triglyceride meten door het bloedwaarderesultaat triglyceriden te delen door de bloedwaarde HDL. Op die manier kunnen we vaststellen dat het aantal HDL-moleculen per miligram/deciliter klein of groot is. Hoe kleiner de waarde die we bekomen, hoe groter de moleculen en hoe meer onverzadigd vet we dus hebben.

 Als we een getal uitkomen met

 een waarde onder de 1 is dat super, dan hebben we veel grote moleculen

  1. een waarde tussen 1 en 2 is aanvaardbaar, grootte is noch klein noch groot
  2. een waarde boven de 2 is er toch enige actie noodzakelijk, dan hebben we heel veel kleine moleculen en die zijn ontstelingsbevorderlijk !!!

 Cholesterol is gevaarlijk als cholesterol geoxideerd wordt. 

 Cholesterol op zich is een noodzakelijke stof en hebben we nodig voor onze celmembramen, voor een goede werking van onze hersenen, voor de aanmaak van al onze geslachtshormonen, ... Als de verhouding onverzadigde en verzadigde vetten correct is zoals hierboven vermeld, dienen we op zich dus geen schrik te hebben. 

 Echter wanneer cholesterol oxideert, kunnen verschillende producten worden gevormd, waaronder oxysterolen. Oxysterolen zijn derivaten van cholesterol die ontstaan door oxidatie. Deze geoxideerde cholesterolproducten kunnen biologische effecten hebben die verschillen van die van niet-geoxideerde cholesterol. Ze kunnen bijvoorbeeld bijdragen aan ontstekingsprocessen en de ontwikkeling van atherosclerose, wat kan leiden tot hart- en vaatziekten.

 Oxidatie van cholesterol zal voornamelijk gebeuren door sterke glycemische stijgingen in de bloedwaarde door het eten van bijvoorbeeld veel koolhydraten. Suikers laten cholesterol oxideren.

 Waarom oxideren kleine moleculen, dus verzadigde vetten meer dan onverzadigde vetten en zijn kliene moleculen dus schadelijker voor onze gezondheid?

 Bij elke triglyceride molecule zitten er steeds 2 ALP-A100 eiwitten naast de verzadigde en onverzadigde vetzuren. Het zijn die eiwitten die kunnen oxideren.

 Als jullie kijken naar de tekening bovenaan

 zie je links het transportschip LDL met 5 grootte onverzadigde moleculen. Als we de rekening maken = 5 moleculen x 2 ALP-A100 eiwtten = komen we op 10 eiwitten die kunnen oxideren

  1. Zie je rechts het transportschip LDL met 9 kleine verzadigde moleculen. Als we dan de rekening maken = 9 moleculen x 2 ALP-A100 eiwtten = komen we op 18 eiwitten die kunnen oxideren en dus heel wat meer schade kunnen aanrichten.Dus transportschepen die kleine moleculen vervoeren zijn veel meer ontstekingsgevoeliger daar ze sneller oxideren. 

 Conclusie: Zomaar zeggen, mijn cholesterol is te hoog alleen maar baserend op een te hoge LDL-waarde is wat kort door de bocht. Een betere manier is te kijken naar de grootte van de triglyceriden en zo de mate van ontsteking te bepalen.  Geoxideerde cholesterol is gevaarlijk voor hart- en vaatziekten en daarvoor zijn suikers mede verantwoordelijk. 

 De studie kan U hier nalezen. 

 Een andere studie

Het onbekende hormoon Irisine

We weten allemaal dat een goed voedingspatroon en lichaamsbeweging essentieel zijn voor gewichtsverlies. Naarmate we ouder worden, kan ons lichaam echter extra hulp gebruiken bij het verbranden van overtollig vet tijdens het trainingsproces.

Gelukkig kunnen bepaalde hormonen worden geactiveerd die het lichaam helpen efficiënter te werken bij het verwijderen van vet en het verkrijgen van een gezondere vorm. Een van deze hormonen is irisine.

Wat is Irisine?

 Irisine is een hormoon dat vrijkomt tijdens fysieke inspanning en helpt in de strijd tegen vet. Recente onderzoeken, waaronder studies aan de Universiteit van Florida, hebben aangetoond dat dit hormoon cruciaal is voor het verbranden van vet, wat de waarde van lichaamsbeweging voor gewichtsverlies onderstreept. Irisine stimuleert tijdens matige tot intense aerobe activiteiten de transformatie van witte vetcellen naar bruine vetcellen, wat resulteert in een verhoogd energieverbruik zelfs na het sporten.

 Wit Vet versus Bruin Vet

 Om de werking van irisine volledig te begrijpen, is het belangrijk het verschil tussen wit en bruin vet te kennen:

  • Bruin vet bestaat uit cellen rijk aan mitochondriën en is voornamelijk verantwoordelijk voor het verbranden van calorieën en het omzetten ervan in warmte. Dit type vet wordt gestimuleerd door lichaamsbeweging en slaap van hoge kwaliteit.
  • Wit vet fungeert als de grootste energiereserve van het lichaam, isoleert het lichaam en beschermt onze organen. Hoewel noodzakelijk, is overmatig wit vet gelinkt aan diverse gezondheidsproblemen, zoals hartziekten, diabetes en kanker.

 Irisine, Insulineresistentie en Type 2 Diabetes

 Onderzoek suggereert dat irisine kan helpen bij het aanpakken van insulineresistentie, een voorloper van type 2 diabetes. Door het bevorderen van de omzetting van wit naar bruin vet, kan irisine de opname van glucose verbeteren en zo bijdragen aan een beter metabolisme van glucose en lipiden.

 Hoe verhoog je de Irisine-productie?

 Voeding: Een dieet rijk aan gezonde vetten kan de productie van irisine stimuleren.

  • Lichaamsbeweging: Intensieve oefeningen en/of bewegen op nuchtere maag verhogen de productie van irisine significant. De niveaus van irisine blijven tot 13 uur na de training verhoogd.
  • Thermogenese: Zowel blootstelling aan kou als warmte kan de afgifte van irisine bevorderen.

 Studies:

 Studie 1  klik hier

Bacteriën kunnen reizen in ons lichaam

Het is mogelijk dat bacteriën die binnenkomen via ontstoken tandvlees, zoals bij periodontitis, de bloedbaan kunnen binnendringen en elders in het lichaam infecties kunnen veroorzaken. Dit staat bekend als bacteriële translocatie.

Wat is bacteriële translocatie?

Bacteriële translocatie beschrijft het proces waarbij bacteriën van hun normale plekken, zoals de darmen of mondholte, door lichaamsbarrières heen breken en op ongebruikelijke plekken zoals de bloedbaan en in organen terechtkomen.

Neem bijvoorbeeld een heftige tandvleesontsteking, oftewel periodontitis, waarbij bacteriën vanuit de mondholte het tandvlees kunnen infecteren. Normaal gesproken houden ons immuunsysteem en natuurlijke lichaamsbarrières deze bacteriën in toom.

Maar als er periodontitis optreedt, kan het verzwakte tandvlees ervoor zorgen dat bacteriën tijdens dagelijkse activiteiten zoals tandenpoetsen of eten gemakkelijker in de bloedbaan belanden. Van daaruit kunnen ze zich verspreiden naar andere delen van het lichaam en diverse gezondheidsproblemen veroorzaken.

Wat zijn slapende bacteriën?

Onder moeilijke omstandigheden, zoals voedseltekort of weinig zuurstof, kunnen bacteriën een soort slaapstand aannemen. In deze inactieve toestand vertragen ze hun metabolisme aanzienlijk en kunnen ze lange tijd overleven tot de omstandigheden verbeteren.

Zelfs na translocatie kunnen deze bacteriën deze slapende toestand aannemen wanneer ze in de bloedbaan of andere delen van het lichaam terechtkomen, en later weer actief worden wanneer de omstandigheden verbeteren.

Bacteriële translocatie en tussenwervelschijven

Een bijzonder geval van bacteriële translocatie kan plaatsvinden bij de tussenwervelschijven, de schokdempers van onze wervelkolom. Deze schijven, die normaal weinig bloedtoevoer krijgen en een lage stofwisseling hebben, bieden weinig ruimte voor bacteriële groei.

Echter, bij ernstige infecties of bij mensen met een verzwakt immuunsysteem kan translocatie naar deze schijven voorkomen. Als bacteriën daar belanden, kunnen ze discitis veroorzaken, een pijnlijke ontsteking die in ernstige gevallen schade kan berokkenen aan de schijven en omliggende structuren.

Aanbevelingen voor preventie en bewustzijn

Het begrijpen van bacteriële translocatie helpt ons de risico's te herkennen die verbonden zijn aan schijnbaar ongerelateerde gezondheidsproblemen. Om het risico op complicaties te verminderen, zijn hier enkele aanbevelingen:

1. Handhaaf goede mondhygiëne: Regelmatig tandenpoetsen, flossen en tandartsbezoeken zijn essentieel. Dit helpt niet alleen periodontitis te voorkomen, maar verkleint ook de kans dat bacteriën vanuit de mond andere delen van het lichaam infecteren.

2. Let op uw voedingspatroon: Een gezond, evenwichtig dieet ondersteunt zowel de darmgezondheid als het immuunsysteem, waardoor het lichaam beter bestand is tegen ongewenste bacteriële activiteit.

3. Vermijd onnodig gebruik van antibiotica: Overmatig gebruik van antibiotica kan de natuurlijke balans van bacteriën in uw lichaam verstoren, waardoor de kans op translocatie toeneemt. Gebruik antibiotica alleen wanneer echt nodig zoals voorgeschreven door een arts.

4. Vermijd stress: Stress kan invloed hebben op de barrières van uw mond en darmen, waardoor deze doorlaatbaarder worden voor bacteriën.

5. Wees alert op symptomen: Kennis van de symptomen van infecties zoals tandvleesontsteking of onverklaarbare pijn kan vroegtijdige detectie en behandeling mogelijk maken.

De studie kan U hier nalezen. 

Subcategorieën